orang-oetan woudschool
VIER VOETERS geeft orang-oetanweesjes een tweede kans
De ORANG-OETAN WOUDSCHOOL is een bijzondere plek waar we jonge orang-oetans opvangen en ze leren overleven in hun natuurlijke omgeving. Deze orang-oetans zijn weesjes, geboren in het wild zonder moeder om hen de nodige vaardigheden bij te brengen. Hier in de WOUDSCHOOL krijgen ze hulp van surrogaatmoeders om deze onmisbare vaardigheden te ontwikkelen.
Zodra ze er klaar voor zijn, worden deze jonge orang-oetans vrijgelaten in een veilig deel van het regenwoud, waar ze kunnen leven zonder gevaar. De WOUDSCHOOL is van start gegaan in mei 2018 en beslaat een oppervlakte van honderd hectare. We zorgen voor twaalf jonge orang-oetan-wezen, variërend in leeftijd van vijftien maanden tot twaalf jaar. Elk van hen heeft iets vreselijks meegemaakt, zoals het verlies van hun moeder, wat hun gedrag kan beïnvloeden.
De oudste orang-oetans slapen hoog in de bomen, terwijl de jongsten nog extra bescherming nodig hebben tegen het weer en andere wilde dieren. Daarom slapen zij in comfortabele hangmatten met bladeren als bedekking, in speciale nachtkooien of in een aparte verblijf.
Een school voor deze bedreigde diersoort
De ORANG-OETAN WOUDSCHOOL is een speciaal bosgebied in Indonesië. Het wordt beheerd door het Indonesische ministerie van Milieu en Bosbouw om orang-oetan weesjes te helpen die door de autoriteiten zijn gered.
In de WOUDSCHOOL kunnen deze weesjes vrij rondlopen en slapen in het bos wanneer ze willen. Ze leren ook belangrijke vaardigheden, zoals hoe ze voedsel moeten zoeken en gereedschap moeten gebruiken, wat cruciaal is voor hun overleving in het wild. Gewoonlijk leren ze deze dingen van hun biologische moeder als ze in het wild zouden opgroeien. Elk weesje leert op zijn eigen tempo, met hulp van menselijke verzorgers en andere orang-oetans die als surrogaatfamilie fungeren.
Waar is de ORANG-OETAN WOUDSCHOOL?
De ORANG-OETAN WOUDSCHOOL ligt op Borneo, in een beschermd, bebost gebied van 100 hectare groot in Oost-Kalimantan, tussen de steden Balikpapan en Samarinda. Het is ter beschikking gesteld als rehabilitatiegebied voor orang-oetan-wezen. Onze Indonesische partner ‘Yayasan Jejak Pulang’ beschermt het gebied tegen verdere menselijke aantasting. Daardoor kunnen de geredde orang-oetan-wezen herstellen van de traumatische gebeurtenissen die ze hebben meegemaakt en essentiële vaardigheden aanleren in een natuurlijke omgeving.
Waarom moeten orang-oetans beschermd worden?
De orang-oetans in Oost-Kalimantan hebben alle hulp nodig die ze kunnen krijgen. Er zijn nog ongeveer 50.000 Borneose orang-oetans over, dat is een daling van 80% sinds 1950. In dezelfde periode is ongeveer 75% van het regenwoud gekapt, voornamelijk ten behoeve van de industriële landbouw en en palmolieplantages. Dit geeft de orang-oetans twee mogelijkheden: verhongeren of voedsel stelen van de plantages. Daardoor beschouwen boeren ze als ongedierte dat moet worden gedood. De hulpeloze weesjes worden van hun dode moeders weggerukt en kunnen worden verkocht of illegaal als huisdier worden gehouden.
Wilde orang-oetans vallen onder de bescherming van het CITES-verdrag, een internationale overeenkomst van de Europese Unie en 182 landen om bedreigde dier- en plantensoorten te beschermen. Orang-oetans op Borneo staan op de Rode Lijst van de internationale unie voor natuurbescherming (IUCN) in de categorie ‘Ernstig bedreigd’. Daarom worden orang-oetans door de Indonesische en Maleisische regering beschermd.
Door ‘Yayasan Jejak Pulang’ te steunen, helpt VIER VOETERS deze jonge dieren met deskundige zorg en geïndividualiseerde rehabilitatie. Zo krijgen ze een tweede kans om terug te keren naar het regenwoud. Bij het project van de WOUDSCHOOL worden meerdere soorten dieren gered. Want de aanwezigheid van geherintroduceerde orang-oetans in hun natuurlijke leefgebied biedt bescherming aan andere bedreigde soorten, zoals neushoorns, zonneberen, proboscis-apen, en vele andere.
Ons team ter plaatse
Het rehabilitatieprogramma voor orang-oetan-weesjes wordt uitgevoerd door een team van 26 ‘surrogaatmoeders’, twee dierenartsen en twee biologen. Het rehabilitatieproces is afgestemd op de natuurlijke ontwikkeling van orang-oetans en omvat een op wetenschap gebaseerd leerplan. De meeste in beslag genomen orang-oetans zijn jonger dan vijf jaar. Als baby's zijn deze orang-oetans nog te jong om zelfstandig te leven. Ze hebben menselijke surrogaatmoeders nodig om voor ze te zorgen en onderwijzen voordat ze weer zelfstandig in het wild kunnen leven. Afhankelijk van leeftijd, psychologische conditie en eerder verworven kennis, beginnen de orang-oetan-weesjes hun opleiding in de WOUDSCHOOL op verschillende niveaus: Kleuterschool, Woudschool, of de Jungle Academie. De leermogelijkheden en moederlijke zorg worden afgestemd op het niveau van elk orang-oetanweesje.
